Een taal leren? Dat kan snel!

Het tempo waarin een taal wordt aangeleerd wordt door meerdere factoren bepaald. Allereerst zijn er de praktische factoren, zoals de vorm van de training en de omstandigheden. Er kan worden gekozen voor verschillende vormen van training, dat bepaalt de verdeling van het aantal van 20 lesuren. In een bloktraining wordt er gedurende een periode van 10 weken meestal wekelijks 2 uur getraind. Het totaal van 20 lesuren kan ook worden verdeeld over 5 dagen, daarbij wordt er per dag 4 uur getraind met de trainer en zijn er 3 uren voor de individuele zelfstudie. De meest intensieve trainingsvorm is de intensieve weektraining waar de cursist 5 dagen aaneengesloten traint, eventueel onderbroken door het weekend.

Ook hier is er sprake van een afwisseling van trainen met de trainer en zelfstudie ter verwerking. De zelfstudie is onontbeerlijk voor het verwerken, herhalen en opslaan van de aangeboden lesstof. Voor elk uur trainen staat minimaal één uur zelfstudie, indien er meer tijd vrij gemaakt kan worden, kan er meer effect worden bereikt. Naast deze praktische factoren die van belang zijn voor het snel verwerven van verschillende taalvaardigheden kunnen motivatie, inzet, omstandigheden, doelstellingen en opleidingsniveau ook invloed hebben op de snelheid van het proces.